1951-2026
Persoonlijke herinneringen en reflectie op
75 jaar televisie.
Zij waren de voorhoede. Na de pioniers van de televisie,
waarvan Erik de Vries de toevallige generaal was,
ging de zogenoemde eerste generatie televisiemakers,
die voornamelijk bestond uit radio-programmamakers
van de oude omroepen, televisie in Nederland vorm geven.
Na een spoedcursus televisie bij de BBC, gingen
ze aan de slag. Veel avontuur en creatieve moed, was
er niet bij, het wonder dat er een beeld via een camera
in elke huiskamer ontvangen kon worden, was voor die
generatie al snel voldoende. Uitzonderingen waren
Leen Timp,
die met Kunstgrepen en Pierre Jansen,
met het minimale het optimale wist te bereiken.
Andere bevlogen regisseurs uit die tijd, waren Willy van Hemert,
Ger Lugtenburg, Gijs Stappershoef, Walter van der Kamp
en de ten onrechte vergeten, maar by far meest avontuurlijke
van allen Jef de Groot…….
…die het inmiddels verloren gegane genre van de literaire
show ontwikkelde. Auteurs van naam als o.a. Hugo Claus,
J. Bernlef, Remco Campert, schreven het scenario.
Ton van Duinhoven, was aanjager en het ideale vehicle.
Het programma-aanbod bestond veelal uit vertalingen
van radio-programma’s naar televisie. Storend was dat niet,
want Nederland keek niet veel verder dan de grens.
Met uitzondering van Amerikaanse en Engelse import als
o.a. Peyon Place, Coronation street, I love Lucy,
Perry Como Show. Rawhide, de carrière-start van
Clint Eastwood
Alles overzichtelijk gerubriceerd in de omroepgidsen
van de publieke omroepen, zoals Nederland
netjes in de jaren 50 en 60 geordend was.
We hadden 2 zangers, Max van Praag en Eddie Christiani
waarvan er eigenlijk maar 1 echt kon zingen.
twee zangeressen Jany Bron en Annie de Reuver beide
big band zangeressen een upcoming lady of jazz Rita Reys.
en het jodelmeisje Olga Lowina.
Nu barsten we van de zangers en zangeressen en nog hele
goeie ook met de meest exotische namen. Stien heet S10
We hebben Froukje, Rachèl, een Rock chick, Trijntje, Edsilia,
Maan, Davina, Hind, Beth, Do, Emma, Glennis, Ilse, Berget
Angela, Antje, Caro, Wende….. kortom het kan niet op!
Bij de mannen is het al niet veel minder.
Voor het platte volksvermaak hadden we Johnny Hoes en de
Zangeres Zonder Naam. Inmiddels wordt het gevoelige menselijke emotionele vlees plat gehamerd door de meest wanstaltige primitieve teksten en muziek
Op donderdagavond was de toneelavond, met vrijwel in elk
stuk Herbert Joeks, de latere KLukkluk in Pipo de Clown
Even een anekdote over de ontembare
Willy van Hemert:
Willy ging geen zee te hoog. Rond Studio 3b in Bussum,
ensceneerde hij in 1960 Die Dreigroschenoper van
Berthold Brecht en Kurt Weill.
Wily verraste de hele toneelwereld, door Joop Doderer
(die iedereen alleen maar kende als Swiebertje)
te casten als Mackie Messer.
Een moedige daad.
De uitzending was live en verliep niet bepaald smooth.
Achter de studio waren garages waar het NOS wagenpark
geparkeerd stond. Daar had Willy Londen gesitueerd.
Bij grote uitzondering kon hij over 4 camera’s beschikken.
(het was normaal dat een reportagewagen was uitgerust
met 3 camera’s)
Tijdens de live uitzending moesten de camera’s vanwege veel verschillende locaties, die om en rond Studio 3B gesitueerd waren, voortdurend verkassen.
Het werd ‘Hellzapoppin’ all over again.’
Acteurs en actrices raakten in de meeslepende chaos
hun tegenspelers kwijt. Figuranten gingen een geheel eigen
invulling geven aan hun rollen. En tot overmaat van ramp,
vielen er al snel 2 camera’s uit en kreeg een derde een
lekke band .
De overblijvende nog wel operationele camera moest hard
aanpezen om het drama van de niets en niemand ontziende
gangster en moordenaar Mackie, enigszins te kunnen volgen.
Intussen sleutelden technici onder hoge druk, aan de uitgevallen camera’s en droegen kabelsjouwers
de camera met lekke band van hot naar her. Puffend om de
loodzware zwart/wit camera ook nog enigszins waterpas
te houden.
De live uitzending, duurde 3 uur en 15 minuten.
De kritieken waren niet mals. Ik vond de moed van Willy om,
hoe dan ook, het drama tot een eind te brengen ongelooflijk
dapper.
’s Middags na schooltijd, zwaaide Tante Hannie bij de KRO,
de kinderen naar bed,
Pi Scheffer presenteerde voor de NCRV pas geperst een programma over nieuw uitgekomen grammofoonplaten en Herman Stok, deed iets soortgelijks voor de Vara maar dan met publiek erbij en een jury die moest oordelen of de
nieuwe single een top of een flop zou worden.
Theo Eerdmans presenteerde de quiz ‘Je neemt er wat van mee’ en Tom Manders was als Dorus de koning van de zaterdagavond.
De NCRV zorgde voor de beschouwing onder leiding van Professor Mr. Diepenhorst.
Overzichtelijk en beschaafd
….en aan het einde van de avond gingen de volwassenen slapen met een stichtelijk woord van Mgr. Bekkers of pater Leopold Verhagen.
In maart 1962 begonnen de NTS en de gezamenlijke omroepen een opleiding tot televisie-regisseur.
Samen met Roelof Kiers, Bob Bremer en Will Simon, werd ik door de briljante programmaleider van de Avro Ger Lugtenburg, daar naartoe gestuurd. Veel langer dan 2 maanden, duurde die cursus niet en toen strekte de televisie haar armen naar me uit en begon een innige omhelzing die een kleine 50 jaar zou duren.
Bob Rooyens
(Volgende keer:
Na de pioniers, de 2e generatie
televisiemakers)